Zaterdag 11 maart is het museum weer open van 10 tot 12 uur en staat dan in het teken van Jan van der Heijden. U kunt veel informatie en tekeningen vinden over zijn uitvindingen en werk in die tijd.
386 jaar geleden, op 5 maart wel te verstaan in Gorinchem, werd een genie geboren. Jan van der Heyden een Nederlands schilder, tekenaar, etser en vooral uitvinder. Hij is vooral bekend vanwege zijn vele stadsgezichten en als uitvinder van een verbeterde brandspuit en straatlantaarn.

Die brandspuiten trekken onze aandacht natuurlijk. De brandspuiten werden over de hele wereld verspreid, zowel via de VOC en WIC, maar ook door rechtstreekse levering aan de grote steden van Europa. Ze werden geleverd aan alle belangrijke handelssteden in Duitsland, Zwitserland, de Scandinavische landen en Rusland. Het Russische woord voor brandspuit is nog steeds ‘brandspojt’. Als relatiegeschenken kwamen de spuiten zelfs terecht in Istanbul.

Ze werden zelfs tot over de landsgrenzen gekopieerd zoals in Londen en Parijs. De fabrikanten boekten grote successen met de brandspuiten.

Jan van der Heijden ontwierp in 1669 een straatlantaarn, die niet binnen de kortste keren zwart geroet was of uitwaaide. Daarmee werd de stad een stuk veiliger, want je kukelde nu niet meer ’s avonds en ’s nachts in de gracht en het gespuis van de straat hield zich koest. Het – onbedoelde – gevolg was dat bordelen en herbergen nu ook na zonsondergang redelijk veilig bezocht konden worden, zodat het nachtleven goed op gang kon komen.

Het systeem van Jan van der Heijden werd korte tijd later ook ingevoerd in diverse steden als Groningen en in vele grote steden in het buitenland. In de Hollandse Wijk in Potsdam zijn de lantaarnpalen van zijn ontwerp nog steeds in het straatbeeld te vinden en ook Amsterdam kent een paar replica’s op het Amstelveld, aan de Magere Brug en bij het koffiehuis op het Stationsplein.
Back To Top